EEN NESTKASTJE OPHANGEN

DE EISEN VAN VOGELS AAN EEN NESTKASTJE

De eerste stap is het uitkiezen van een nestkastje. Er is een groot aanbod aan verschillende typen voor verschillende soorten vogels. Belangrijk is om een nestkastje op te hangen op basis van de vogels die in jouw tuin voorkomen. Het is zonde om een nestkastje op te hangen voor een soort, die niet voorkomt in de omgeving waar je woont. De soorten vogels zijn afhankelijk van de omgeving waar je woont. Een bosrijke omgeving trekt bijvoorbeeld boomklevers en winterkoninkjes aan, in een stedelijk gebied zitten mussen en zwaluwen en op het platteland vind je een variatie aan mussen, spreeuwen, zwaluwen en roodborstjes.

Verschillende soorten vogels stellen specifieke eisen aan hun nestkastje en hebben bijvoorbeeld een voorkeur voor een bepaald formaat invliegopening. Een invliegopening van 28 mm is bijvoorbeeld geschikt voor de pimpelmees en zwarte mees, een diameter van 32 mm voor de koolmees en 34 mm voor ring- en huismussen. Een merel, roodborstje en winterkoning hebben het liefste een halfopen nestkastje.

HOE HANG JE EEN NESTKASTJE OP?

Vogels moeten zich veilig voelen om een nestje te maken en daar jongen groot te brengen dus is het belangrijk om een rustige en veilige plek uit te kiezen om het nestkastje op te hangen. Vooral in de lente moet het een rustige plek zijn dus liever niet naast een deur, een drukke weg of een terras. Daarnaast is het belangrijk dat het nestkastje beschut hangt tegen wind, zon en stromende regen. Het beste is om de invliegopening richting het noordoosten te hangen, de vogels hebben dan het minst last van felle zon en wind, die in Nederland vaak vanuit het zuidwesten komt. Ook is het belangrijk dat de vogels een vrije en veilige aanvliegroute hebben, zorg er dus voor dat er geen takken direct voor de opening van het nestkastje hangen. Het beste is om het nestkastje op twee tot drie meter hoogte te hangen, uit de buurt van bijvoorbeeld katten. Na het bepalen van de plek, kan het nestkastje opgehangen worden. Hierbij is het van belang dat het stevig opgehangen wordt, het nestkastje mag niet meer bewegen! Je wil niet dat het nestkastje naar beneden valt, dat er kan ervoor zorgen dat het leven van de jonge vogeltjes in gevaar komt.

Omdat vogels van dezelfde soort hun territorium goed in de gaten houden, kun je als dat mogelijk is, de nestkastjes het beste drie tot tien meter uit elkaar hangen. Een uitzondering hiervoor zijn nestkastjes voor mussen, spreeuwen en zwaluwen, deze vogels houden van gezelligheid en vinden het juist een veilig gevoel als er meerdere nestjes bij elkaar hangen!

NESTKASTJE OPHANGEN EN SCHOONMAKEN IN HET NAJAAR

Het beste is om het nestkastje in het najaar op te hangen, hierdoor kunnen vogels alvast wennen en het eventueel gebruiken tegen regen en kou. De kans is groter dat er een bewoner in het nestkastje komt als een er in het najaar al kennis mee gemaakt is. Na het broedseizoen, eind september tot oktober, is het goed om de nestkastjes leeg en schoon te maken. Het beste kun je dit doen door heet water te gebruiken. Door het vogelhuisje schoon te maken is de kans veel groter dat je het volgende broedseizoen weer nieuwe bewoners in de tuin hebt! Vogels houden er namelijk niet van om in de troep van andere vogels hun nestje te maken.

JE TUIN EEN VOGELPARADIJS

Als je een nestkastje in je tuin ophangt, wil je natuurlijk dat deze bewoond wordt. Zorg er daarom voor dat je ook een voederplaats in de tuin inricht, je kunt bijvoorbeeld de Seed Feeder XL of de Multi Seed Feeder ophangen. Zorg er wel voor dat de voederplaats niet té dicht bij het nestkastje is, anders kan dit leiden tot territorium conflicten onder verschillende vogels en dat is onnodige energieverspilling voor veel vogels!

Alle tips opgevolgd, maar word je nestkastje nog niet bewoond? Dan was het wellicht toch niet helemaal de juiste plek. Wacht tot het najaar met het verplaatsen van het nestkastje. Je wilt niet per ongeluk een nestje met jonge vogeltjes verstoren!